Monday, April 1, 2013


44 Presentjes 575

Ik zoef over de E17 langs Wevelgem naar de Belgische grens. Het is in de tijd dat grenscontroles nog streng zijn en autotelefoons bakbeesten van dingen en misschien wel twee kilo wegen.  Ik heb een afspraak met Jean-Pierre  Badoux in Frankrijk net over de grens. Ik moet stoppen bij de Belgische douane en de douanebeambte loopt rond mijn auto. Hij beduidt, dat ik mijn raam moet openen en vraagt mijn autopapieren, verzekeringspapier en rijbewijs en ik moet mijn wagen in een parkeervak te zetten. We stappen een uiterst rommelig groot kantoor binnen, bevolkt door nog een zestal ambtenaren. De roodharige, vrij corpulente man laat mij plaats nemen op een ijzeren, soort van keukenstoel. ‘Op uw achterste nummerplaat ontbreekt het wettelijk teken, dus er zit een valse op.’ ‘Dat klopt,’ zeg ik. De lichtelijk verbaasde man vraagt,’hoezo, dat klop.’ ‘Ik zal het uitleggen. Mijn wagen is gestolen en teruggevonden zonder nummerplaten. Dus heb ik er tijdelijk gewone platen opgezet. Ik moet namelijk werken en heb die auto nodig. Dit alles is bij de politie bekend.’ De beambte slaat aan het bellen. De tijd verstrijkt en ik besef, dat ik te laat voor mijn afspraak ga zijn en vraag permissie om mijn autotelefoon uit mijn wagen te halen. Terug in het kantoor probeer ik te bellen naar de autotelefoon van Jean-Pierre. Ik heb geen bereik. Dus zal mijn contact ook geen bereik hebben. ‘Mag ik even telefoneren,’ vraag ik. ‘Dit zijn diensttelefoons, die mogen niet door particulieren gebruikt worden.’                                                                                                                     Inmiddels zit ik hier al een uur. Het is hier een komen en gaan van vrachtwagenchauffeurs met stapels papieren. Alle chauffeurs zetten van de producten die zij vervoeren, een kleinigheidje neer in het kantoor. Zes flesjes bier, een bak plantjes, een doosje frisdrank, een karton koekjes of pakjes sigaretten. Even denk ik, of ik misschien een paar lapjes geld moet neerleggen om de zaak te bespoedigen, maar verwerp dat idee. De rosse krijgt een binnenkomende lijn. Na enkele minuten  hangt hij op en vraagt mijn autosleutels. Als ik ze afgeef verklaart hij. ‘ Uw auto staat gestolen bij interpol.’ ‘Dat weet ik, maar hij is teruggevonden en hoogst waarschijnlijk niet van de lijst gehaald.’ ‘Hoe kunt u bewijzen dat het uw auto is?’ vraagt hij me. ‘U heeft mijn papieren, daar zal het wel instaan.’ De ijverige beambte snuffelt in de documenten en stelt vast dat er iets niet klopt. ‘Op de autopapieren staat een andere naam als eigenaar, dan de naam in uw paspoort.’ ‘Klopt alweer,’ zeg ik, ‘hij staat op naam van de zaak.’ ‘Dat zal dan moeilijk bewezen kunnen worden.’                                    Ik begin nu wel een beetje wanhopig te worden. Die afspraak kan ik wel schudden. ‘Om te bewijzen dat die wagen op de zaak staat, kunt u mijn directrice Carla Pieterse op het bedrijf bellen. ‘De douaneambtenaar stemt in en belt. Mevrouw Pieterse is lunchen en over tien minuten terug. Na een kwartiertje belt de goede man weer. Intussen hoop ik maar, dat Carla niet denkt dat dit een grap is en zal ontkennen dat ik bij het bedrijf werk en dit mijn bedrijfswagen is. IK ken Carla Pieterse namelijk goed (altijd in voor een joke)en dus is ze er toe in staat. Gelukkig is Carla niet in een jolige bui en bevestigt zij alles. Na anderhalf uur kan ik de grens over.  Mijn afspraak is er natuurlijk niet meer en ik verontschuldig mij, zodra ik weer bereik heb met mijn telefoon.                                                                                                                                                

No comments: